Natuur

Zweefvliegen in Het Moer

Zweefvliegen (Syrphidae) zijn een familie in de orde van vliegen en muggen (Diptera). Het is een relatief soortenrijke groep van vliegen die opvalt door een grote variatie in het uiterlijk van de volwassen dieren. De diversiteit in levenswijze is echter vooral terug te vinden bij de larven. Alle volwassen dieren bezoeken namelijk bloemen voor stuifmeel en nectar, maar de larven leven van o.a. planten, fungi, micro-organismen in rottend materiaal, of ze prederen op andere insecten.

Het Moer is gelegen in het noorden van de gemeente Merksplas en vormt het natuurlijk brongebied van de Noordermark. Het heeft een oppervlakte van 80 ha waarvan 60 ha eigendom is van het Agentschap Natuur en Bos.

A bee or not a bee?

De grote verscheidenheid in het uiterlijk van de volwassen dieren valt voor een groot stuk te verklaren door het vele voorkomen van mimicry binnen de groep. Dat is het fenomeen waarbij een dier of plant op een ander dier of andere plant lijkt, veel meer dan je door toeval, levenswijze en gezamenlijke afstamming zou verwachten. Zweefvliegen zijn zelf totaal ongevaarlijk, aangezien ze geen angel hebben, maar door het nabootsen van gevaarlijke, giftige of onsmakelijke dieren zoals bijen, wespen of bladwespen kunnen vele soorten zweefvliegen predatoren zoals vogels toch afschrikken.

Opvallend is dat binnen de zweefvliegen veel verschillende soortgroepen worden nagebootst, weliswaar allemaal vliesvleugeligen (Hymenoptera). Zo worden er zweefvliegen gevonden die lijken op bladwespen, wespen, (honing)bijen, hommels en zelfs hoornaars. De zweefvliegen zijn te onderscheiden van hun vliesvleugelige tegenhangers aan de hand van het aantal vleugels: vliegen hebben één paar en vliesvleugeligen twee paar. Ook de antennen zijn anders. Zweefvliegen hebben slecht drie antennelidjes, terwijl vliesvleugeligen er veel meer hebben. Een geoefend oog kan meestal aan de algemene vorm en het voorkomen de zweefvliegen er wel uit halen, maar zelfs experten laten zich toch nog wel eens vangen. Even tellen kan dus nooit kwaad.

Stadsreus_-Alvesgaspar_wikimedia
Stadsreus. Foto: Alvesgaspar/wikimedia
Grote fopwesp. Foto: Richard-Bartz-Munich-aka-Makro-Freak/wikimedia
Grote fopwesp. Foto: Richard-Bartz-Munich-aka-Makro-Freak/wikimedia
hommelreus_Jeffdelonge.wikimedia
Hommelreus. Foto: Jeffdelonge/wikimedia
Bloedrode bladloper. Foto: Sandy Rae/wikimedia
Bloedrode bladloper. Foto: Sandy Rae/wikimedia
Europese hoornar. Foto: Jelle Devalez/waarnemingen.be
Duitse wesp. Foto: Richard_Bartz
Duitse wesp. Foto: Richard_Bartz
Aardhommel. Foto: M. Betley/Flicker
Aardhommel. Foto: M. Betley/Flickr
Bladwesp. Foto: Andre Karwath aka Aka / wikimedia
Bladwesp. Foto: Andre Karwath aka Aka / wikimedia

Verscheidenheid aan mimicry bij zweefvliegen.
Bovenaan de zweefvliegen: van links naar rechts: stadreus, grote fopwesp, hommelreus, bloedrode bladloper;
Onderaan de vliesvleugeligen die ze imiteren: Europese hoornaar, Duitse wesp, aardhommel, bladwesp (Macrophya)
Klik op de foto om ze te vergroten.

Biotopen

Zweefvliegen komen bij ons voor in zo goed als alle biotopen, maar niet elke soort kan overal gevonden worden. Sommige soorten zijn weinig specifiek in hun vereisten naar hun omgeving, maar veel soorten zijn sterk gespecialiseerd. De levenswijze van de larve is hierin vaak belangrijk. Zo zijn er soorten waarvan de larve enkel bepaalde plantensoorten mineren. Verder kan de bloemvoorkeur van de volwassen dieren ook een invloed hebben op het voorkomen van een soort in een bepaalde biotoop.

Een nieuwe rode lijst, geen al te fraai zicht

In 2021 is er voor het eerst een IUCN rode lijst voor zweefvliegen in Vlaanderen gepubliceerd. Die schetst helaas geen al te fraai beeld van de huidige toestand. 114 van de 309 soorten zweefvliegen in Vlaanderen is bedreigd. Nog veel jammerlijker zijn de 22 soorten die hier ooit rondvlogen, maar nu in Vlaanderen helaas uitgestorven zijn (Van De Meutter, et al 2021).

Het zijn vooral de soorten gebonden aan vochtige habitats, zoals moerassen, venen en veengebieden, die het (zeer) slecht doen. Dat maakt een gebied als het Moer des te belangrijker om te bestuderen. Een lichtpuntje is wel dat (dood) hout- en bosgebonden soorten het weer beter doen. Dat is waarschijnlijk gelinkt aan beheersmaatregelen zoals het laten liggen van dood hout en de diversifiëring van bossen in het huidige bosbeheer.

Een kanttekening die nog bij deze lijst gemaakt moet worden, is dat de trends op een relatieve manier worden bepaald. Er zijn geen gegevens over absolute aantallen, maar recente studies in onze buurlanden tonen aan dat net deze absolute aantallen de laatste decennia sterk afnamen. Deze afname is zeer verontrustend, omdat zweefvliegen als bestuivers, predators en prooi belangrijke schakels zijn in onze ecosystemen.

Zweefvliegen in Het Moer

Oorspronkelijk was het de bedoeling om een groter deel van de vallei van de Mark op een gestandaardiseerde manier in kaart te brengen, maar door tijdgebrek is het project wat terug geschaald. Er werd niet kwantitatief te werk gegaan, maar er werd gezocht naar zoveel mogelijk soorten. Dat gebeurde door middel van handvangst, waarbij een gevonden soort als aanwezig werd beschouwd, maar er geen individuen werden geteld.

De lijst hiernaast is dus een opsomming van soorten gevonden in het moer. Hoewel deze lijst al mooi een indicatie van de zweefvliegenbiodiversiteit weergeeft, is het wel belangrijk om in het achterhoofd te houden dat er vooral in mei gevangen is en er niet naar de (relatieve) abundantie van de soorten is gekeken. Hopelijk kan een uitgebreidere inventarisatie in de nabije toekomst de zweefvliegen in het Moer en de Markvallei nog beter in kaart brengen.

Bosbijvlieg. Foto: Geert Brosens
Blinde bij (Eristalis tenax). Foto: Geert Brosens

In totaal werden er 55 soorten gevonden, waarvan 12 als (zeer) zeldzaam beschouwd worden. Er werden geen soorten waargenomen die in de rode lijst als bedreigd beschouwd worden. Hieronder worden elke soorten verder uitgelicht.

Haantjesbandzweefvlieg. Foto: Jan Slaats / waarnemingen.nl
Haantjesbandzweefvlieg. Foto: Jan Slaats / waarnemingen.nl

Haantjesbandzweefvlieg, Parasurphus nigritaris

Deze soort wordt gevonden in natte bossen met populieren, wilgen en els. De larven voeden zich met de larven van bladhaantjes. Die voedselkeuze is uniek onder de Belgische zweefvliegen. De volwassen vliegen bezoeken diverse bloemen, maar werden in het moer op vogelkers gevonden.
De larven worden schijnbaar veel meer waargenomen dan volwassen exemplaren, wat doet vermoeden dat volwassen individuen zich hoog in het kruin ophouden, uit het zicht van potentiële waarnemers.

zwervende platbek
Zwervende platbek, Pipiza accola. Eerste waarneming voor België. Foto: Karl Van Gils

Zwervende platbek, Pipiza accola

Een nieuwe soort voor België! Proficiat aan Karl Van Gils, die hem als eerste waarnam. Voorlopig is het Moer de enige vindplaats in België. De soort werd verwacht en was in Nederland al een paar keer waargenomen. Daar werd de soort op korte tijd op uiteen liggende plaatsen waargenomen. Dit duidt erop dat deze vliegen behoorlijk zwerflustig zijn. Vandaar dat gekozen is voor de Nederlandse naam ‘Zwervende platbek’.

De vele exemplaren die in het Moer gevonden werden, doen vermoeden dat de soort toch al even aanwezig is in het gebied. Verwacht wordt dat de soort in meer gebieden in Vlaanderen zal opduiken, door haar zwerflust, of al onopgemerkt aanwezig is.

Zwervende platbek wordt gevonden in vochtig beek- of rivier begeleidend loofbos. De volwassen vliegen worden meestal op gewone vogelkers gevonden, zo ook in het Moer.

pluimwoudzwever
Pluimwoudzwever. Foto: Nastytroll/wikimedia

Pluimwoudzwever, Criorhina floccose

Deze zweefvlieg wordt gevonden in vochtige oudere loofbossen, meestal met es of populier. Een goed ontwikkelde struiklaag is wel een vereiste. De larven leven in rot-holte in de stam en wortels van oude bomen, zoals beuk, iep en populier. De aanwezigheid van deze soort is waarschijnlijk gelinkt aan de oude populieren in het gebied, die dik staand dood hout bieden. Deze soort doet het relatief goed, door een toename van dood hout in onze natuurgebieden, in het bijzonder door afstervende populieren.

Lichtblauwzandgitje Foto: Steven Falk/Flickr
Lichtblauwzandgitje Foto: Steven Falk/Flickr

Lichtklauwzandgitje, Cheilosia urbana

Net als andere gitjes is het lichtklauwzandgitje een relatief kleine en onopvallende vlieg binnen de zweefvliegen. De soort wordt vooral op zandgronden gevonden op stukken met sleedoorn en wilg. De larve mineert net als de larve van het kustgitje in de bladeren van muizenoor en waarschijnlijk ook in andere havikskruidensoorten.

Loofhoutsapzweefvlieg Foto: Frank Vassen/wikimedia
Loofhoutsapzweefvlieg. Foto: Frank Vassen/wikimedia

Loofhoutsapzweefvlieg, Brachyopa scutellaris

Ook deze soort is een eerder onopvallende verschijning onder de zweefvliegen. Ze wordt voornamelijk in vochtige loofbossen gevonden. Bloembezoek is waargenomen op o.a. fluitenkruid, gewone vogelkers, sleedoorn en zevenblad. De larve leeft, net als bij de andere sapzweefvliegen, in sapstromen op de bast of onder de bast van verschillende loofbomen.

Dankwoord

Bedankt aan Wout Opdekamp en Frank Van De Meutter voor het delen van hun waarnemingen.

Bronnen

  • Bot, S., Van De Meutter, F., 2019. Veldgids zweefvliegen. KNNV Uitgeverij, Zeist, Nederland
  • Reemer, M., Renema, W., van Steenis, W., Zeegers, Th., Barendregt, A., Smit, J.T., van Veen, M.P., van Steenis, J., van der Leij, L.J.J.M., 2009. De Nederlandse zweefvliegen (Diptera: Syrphidae). – Nederlandse Fauna 8. Leiden. KNNV Uitgeverij, European Invertebrate Survey – Nederland
  • Van de Meutter, F., Opdekamp, W., & Maes, D. (2021). IUCN Rode Lijst van de zweefvliegen in Vlaanderen 2021. (Rapporten van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek; Nr. 56). Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. https://doi.org/10.21436/inbor.54514812

Uit de Nieuwsbrief…


(klik op de foto om de nieuwsbrief te downloaden)

Dit artikel verscheen eerder in de ‘Nieuwsbrief het Merkske’, een gratis nieuwsbrief voor alle geïnteresseerden.

De nieuwsbrief is een uitgave van het Agentschap voor Natuur en Bos, Staatsbosbeheer, Natuurpunt
Markvallei
, Waterschap Brabantse Delta en Provincie Antwerpen.

Met een mailtje naar Bart Hoeymans verneem je wanneer er een nieuw nummer verschijnt (meestal jaarlijks in maart).

Reageer

Back to top button