Leen Huet

Eén schouw

Brandstof is duur. Electriciteit is duur. Er zijn meerdere kamers te verwarmen en de verleiding om hier en daar het licht te laten branden is groot, in de onvermurwbare grijzige grauwheid. Putje winter.

Ik lees en herlees mijn oude pockets van Thomas Hardy, blijkens aantekeningen in 1995 gekocht. In The Woodlanders treft mij de beschrijving van het afgelegen, als het ware door beukenbossen opgeslokte gehucht Little Hintock; en, wanneer het noodlot begint toe te slaan, de ‘one-chimney hut’ waarin Giles Winterborne onderdak vindt nadat hij zijn ouderlijk huis verliest.

Er is een haard; aan een haak hangt een bussel kaarsen, waarvan je er af en toe een los kunt snijden voor spaarzame verlichting. En dat is alles. Niemand zou durven te beweren dat Giles de cidermaker een grote ecologische voetafdruk heeft. Zelfs in het plaatselijke kasteel worden maar enkele kamers verwarmd. Voorts kleedde men zich op de kou, vermoedelijk, in lagen. Honderdvijftig, honderdzestig jaar geleden?

Aan het einde van het boek ben ik toch weer woedend op de schrijver, altijd om dezelfde reden: hoe kun je als deus ex machina zulke mooie karakters als Giles Winterborne scheppen, en ze dan zo wreed ten onder laten gaan?

Maar hoe schitterend zijn de natuurbeschrijvingen; zo schitterend dat ik me misschien toch weer even buiten waag. Misschien kan ik daar even subtiele dingen waarnemen als Giles, als Grace, als Marty, als Hardy zelf.

Reageer

Lees ook
Close
Back to top button