Politiek

Het Grote Verkiezingsdebat van dinsdag (2)

Dinsdag was er het Grote Verkiezingsdebat van Merksplas, dat we samen met de jeugdraad organiseerden. Het verslag van de eerste helft kon je eerder al vinden op onze website. Het tweede deel ving aan met het thema ‘Armoede’. Lees vol goede moed verder:

Deelnemers aan het tweede deel van het debat: Tine van der Vloet, Kris Schuermans (beiden van Visie 2330), Leen Kerremans en Frank Wilrycx van Leefbaar Merksplas

5. Armoede

โžฝ Elke Vlaamse gemeente wordt geconfronteerd met de armoedeproblematiek. Welke maatregelen neemt uw partij?

Tine van der Vloet (Visie 2330): “Mensen in armoede moeten door de mensen van het Sociaal Huis goed begeleid worden. Werk is daarbij erg belangrijk. Mensen die werk hebben of kunnen uitkijken naar een betrekking, kan je zo uit de armoede halen. De belangrijkste taak is om mensen mee op stap te nemen en naar werk toe te leiden.”

โžฝ En wat met mensen die niet meer aan het werk kunnen?

Tine: “Als maatschappij moeten we ook voor die mensen blijven zorgen. Die moeten we zoveel mogelijk aanhalen. Vaak hebben die niet alleen financiรซle, maar ook sociale problemen. Ze willen ook aan het sociale leven participeren, maar het is voor hen niet altijd makkelijk om de eerste stap te zetten. Ik denk bijv. aan de buddy-werking van ArmenTekort. Dat project liep hier een tijdje, maar ligt momenteel stil door een gebrek aan vrijwilligers. Het is belangrijk om buddies in te zetten naast die mensen om ze bijvoorbeeld bij een (sport)vereniging te betrekken.”

Leen Kerremans (Leefbaar Merksplas): “Wij gaan nog een stapje terug. We merken dat er nog altijd een hoge drempel ligt voor ons Sociaal Huis. In de voorbije legislatuur hebben we sterk ingezet op de onderwijscheques. We schreven mensen aan vanuit zowel het Sociaal Huis, het ziekenfonds en de school. Op die manier bereikten we ze, en weten ze dat ze recht hebben op die cheque. Het gaat maar om een symbolische bijdrage, maar daardoor leren we wel ons doelpubliek kennen. Zo kunnen we samen met hen bekijken op welke rechten en dienstverlening ze nog recht hebben. Zo maakten we het Sociaal Huis een beetje toegankelijker.”

โžฝ Waarom krijgen mensen niet automatisch de dingen waarop ze recht hebben?

Leen: “Daar zetten we hard op in. Zo vereenvoudigden we op die manier de mantelzorgtoelage bijvoorbeeld.”

Tine van der Vloet en Kris Schuermans, allebei van Visie 2330

โžฝ Hoeveel mensen in Merksplas leven er in armoede?

Leen: “Ik kan daar geen precies cijfer op plakken. Het armoede-indexcijfer is helemaal niet accuraat. Er blijft heel veel armoede onder de radar.”

โžฝ De burgemeester van Turnhout zegt dat de gemeenten rond Turnhout asielzoekers of niet ingeschreven mensen naar het OCMW van Turnhout doorstuurt. Heeft de burgemeester gelijk?

Frank Wilrycx (Leefbaar Merksplas): “Die burgemeester heeft het probleem dat de peilingen voor hem niet goed zitten. Daar is niets van aan. Er zijn wel seizoenarbeiders die in de Merksplasse serres werken en in Turnhout wonen. Dat klopt. Maar dat zijn geen asielzoekers. Ze verblijven enkel ginder met hun gemeenschap.”

โžฝ Het Turnhoutse OCMW wordt dus niet overstelpt met asielzoekers van hier?

Frank: “Er zullen wel problemen zijn met asielzoekers in Turnhout. Dat is een centrumstad, en die worden door de Vlaamse Overheid speciaal financieel ondersteund om de problemen van een centrumstad aan te pakken. Een van die grootste problemen is blijkbaar de onveiligheid, maar daarom moet je niet de vinger wijzen naar de buurgemeenten. Dat is een beetje kort door de bocht.”

โžฝ Hier zijn nogal wat Oost-Europeanen aan het werk in de tuinbouw. Ze leggen druk op de lokale huizenmarkt, er is wat getto-vorming… In hoeverre is die sector mee verantwoordelijk voor die problemen?

Frank: “We hadden het in het eerste deel over de woonproblematiek, maar die werd wat verengd naar de appartementisering. Maar daarbij komen ook de problemen van de goedkope bouwgronden, de zonevreemde landbouwwoningen of de huisvesting van seizoensarbeiders kijken. Wij hebben de nodige vergunningen een tijd terug afgeleverd voor Den Berk Dรฉlice voor een grote locatie waarin seizoenarbeiders gehuisvest kunnen worden. Wij zijn er geen voorstander van dat die ondernemers in het centrum huizen zouden kopen om die arbeiders daar te huisvesten. Niets mis met die mensen, maar het gaat vaak om jonge mannen die hier alleen zijn. En als ze niet aan het werk zijn, amuseren ze zich ’s avonds, en dat wordt soms als overlast ervaren. Wij proberen ze te huisvesten vlakbij hun werkplek.”

Kris Schuermans (Visie 2330): “Wij geloven iets meer in spreiding. Siezoenarbeiders horen in feite bij het dorp. Laat ons hen meer betrekken bij het dagelijkse dorpsleven, in plaats van hen het gevoel te geven dat ze in een getto wonen.”

Leen Kerremans en Frank Wilrycx van Leefbaar Merksplas

Leen: “We moeten wel een onderscheid maken tussen de seizoenarbeiders en mensen die hier werk vinden. Seizoenarbeiders komen hier werken om op zo kort mogelijke tijd zoveel mogelijk te verdienen. Die hebben geen behoefte aan inburgering. Daarnaast verblijven hier mensen die in de (bouw)sector werk vinden en hier een gezin stichten. Die moeten we wel heel erg betrekken bij het dorpsleven. Daar proberen we bijvoorbeeld met het Huis van het Kind aan te werken: elk jaar richten we een zomerschool in. Daarbij focussen we op meertaligheid. Veel Roemeense kinderen komen daarnaartoe. Die zomerschool wordt afgesloten met een slotmoment, dat mee georganiseerd wordt door de Chiro. Zo leren die kinderen de jeugdbeweging kennen, en hun ouders krijgen alle informatie over de Chiro. Vorig jaar zijn er op die manier bijvoorbeeld 10% van de kinderen betrokken bij de chirowerking. Als we dat elk jaar kunnen herhalen, komen we er wel.”

6. Burgers betrekken

โžฝ Alle politici zeggen altijd maar weer: we luisteren naar iedereen. Maar gaat u ook rekening houden met wat de mensen zeggen. Legt u mij eens haarfijn uit hoe u de inspraak van de burger gaat organiseren?

Tine: “Voor ons is transparantie en burgerparticipatie heel belangrijk. En die missen we nu net in Merksplas. Okรฉ, er zijn adviesraden, maar die zijn opgericht in de jaren 70 van de vorige eeuw. We vinden het belangrijk om hun rol nog eens goed te bekijken en mogelijk om te vormen. Het is immers om mensen zes jaar lang rond een thema bezig te houden. We vinden het belangrijk om bijvoorbeeld te werken met een kernteam, en daarnaast met burgers die interesse hebben in een deelaspect. Neem nu de Gezondheidsraad die gaat werken rond dementie. Ons lijk het een unieke kans om diverse mensen daarbij te betrekken om daar mee over na te denken. Als ze zo inspraak krijgen รฉn als ze het gevoel hebben dat er met hun inbreng iets gebeurt, krijg je een actieve gemeente, en dat is wat wij willen.

โžฝ Hoe garandeer je dat er naar hen geluisterd wordt

Tine: “Daarvoor is er een goede samenwerking nodig tussen de burgers, de ambtenaren en het bestuur. Ook is het belangrijk dat er regelmatig teruggekoppeld wordt. In het verleden waren er actieve mensen die stoppen, omdat er niet naar hen geluisterd werd.”

โžฝ Hoe worden adviesraden samengesteld? Beheert het college niet zowat de samenstelling en de benoeming van voorzitters?

Frank: “Adviesraden worden toch wel vrij neutraal samengesteld. Voor de Gecoro is dat wettelijk geregeld: daarin zitten zowel vertegenwoordigers van belangenverenigingen, specialisten als politici.”

โžฝ Is dat ook zo voor de andere adviesraden?

Frank: “In de Landbouwraad zetelen bijvoorbeeld kandidaten die we opvroegen bij ABS, de Boerenbond en de onafhankelijken. In de Milieuraad vind je vertegenwoordigers van de natuur- en de landbouwverenigingen, naast een aantal mensen die de open ruimte belangrijk vinden.”

Tine: “Frank vindt die samenstelling heel neutraal, maar ik heb er toch wel vragen bij als de partner van een schepen de Gecoro voorzit.”

โžฝ Is dat zo?

Frank : “Inderdaad, maar hebt u hem ooit al op iets kunnen betrappen, Tine? De Gecoro koos zelf een voorzitter onder zijn leden, en daar waren niet veel kandidaten voor. Als er een project op de Gecoro komt waarover we een advies willen, nodigen we die raad uit. Als de leden zelf iets willen bespreken, bepalen ze zelf hun agenda. Wij gaan dan naar buiten als de beraadslaging begint. Zij adviseren ons vaak, en dat wordt uiteindelijk meegenomen in de beoordeling van het project.”

Tine: “Ik vind dat niet mega neutraal. Als jullie weinig kandidaten voor het voorzitterschap vonden, moet je dat in vraag stellen. Moeten we voor de andere adviesraden echt een afspiegeling hebben van al die organisaties? Uiteraard is dat goed, maar actieve burgers moeten er ook een plaats in krijgen, vinden we.”

Frank: “Maar die zitten daar ook in, Tine.”

Tine: “Inderdaad, maar die moeten er wel in gestemd worden.”

Leen: “In de jeugdraad en de gezondheidsraad mag iedereen mee komen praten.”

Frank: “De cultuurraad hebben we hervormd in verschillende werkgroepen. Geรฏnteresseerden kunnen er bijvoorbeeld werken rond vrede en herdenken, rond programmatie, rond jumelage…”

โžฝ Ik heb het idee dat een beleid met een meerderheid weinig rekening moet houden met die adviezen…

Frank: “Maar dat is in elk gemeentebestuur het geval, ook bij een coalitie. Dat is eigen aan een democratie.”

Leen: “Burgerparticipatie doen we ook op andere manieren. Bij de aanleg van een speelplein, bijvoorbeeld, betrekken we daarbij de hele buurt.”

Frank: “De heraanleg van de Bevrijdingsstraat en de omgeving is een goed voorbeeld. Alle bewoners waren aanwezig op de startvergadering. Wij hielden rekening met hun opmerkingen en vragen, en we hebben de plannen in die zin bijgestuurd. We deden dat ook met de verkeersregeling in de Pastoor Ceulemansstraat, of met het Schoolvervooerplan waarbij we met de scholen en de ouders werkten.”

Tine: “Over de Bevrijdingsstraat is er inderdaad vergaderd, maar het is ook belangrijk om nadien terug naar de mensen te gaan luisteren. De bewoners van de Rodenbachstraat zijn bijvoorbeeld nog altijd bezorgd over het ontbreken van een fietsstraat en over de parkeerproblemen rond de schooltijd. Je mag de mensen niet loslaten nadat een project rond is.”

7. Bestuurskracht en fusie

โžฝ Op de gemeenteraad kaartten Groen en NVA vaker het grote personeelsverloop aan. De dienst omgeving, de communicatiedienst, de cultuurdienst … kenden verschillende personeelswissels. Ook Unizo klaagt ook over het verloop bij de dienst economie, de dienst omgeving, de technische dienst. Kan er iets aan gedaan worden?

Leen: “De tijd is voorbij dat mensen een leven lang bij dezelfde werkgever werkten. Wij proberen wel heel goed te zorgen voor de mensen die bij ons werken.”

Frank: “Toen de omgevingsambtenaar met pensioen ging, hebben we lang vruchteloos gezocht naar een vervanger. Dat is blijkbaar een knelpuntberoep. 13 van de 29 IOK-gemeenten doen net als ons beroep op de IOK-vervanger om de werking te garanderen. Maar nu hadden we laatst zes kandidaten voor die functie. En over de andere wissels: je moet ook denken dat als er mensen bij ons komen werken, ze ook elders een gat achterlaten.”

โžฝ Wordt het personeel overbevraagd?

Tine: “Frank zegt elke keer op de gemeenteraad als we het verloop te berde brengen, dat die personeelswissels en het gebrek aan sollicitanten bij alle openbare besturen voor problemen zorgt. Wij vinden het belangrijk om te polsen bij de mensen die vertrekken wat er precies aan de hand was.”

Frank: “Wat wil je insinueren?”

Tine: “Als oppositiepartij is het voor ons moeilijk om problemen te duiden; wij staan niet elke dag op de werkvloer. Wij vinden het welzijn op het werk zeer belangrijk. In het verleden is er daarrond een IDEWE-onderzoek geweest. Op een welbepaalde dienst waren er blijkbaar problemen. Die moeten opgevolgd worden. Maar we zien nog altijd mensen vertrekken…”

Frank: “Wij stellen zo’n 157 mensen tewerk, en die hebben allemaal een ander karakter. Soms zijn er wel wat strubbelingen, maar dat is in elk normaal bedrijf van die grootte zo. Op de jaarlijkse teambuildingsdag zie ik altijd heel enthousiate mensen.”

Tine: “Het is belangrijk om te weten wat er leeft onder de mensen. Toen ik een bepaald probleem bij de algemeen directeur aankaartte, bleek die daarover uit de lucht te vallen. Hoe komt het dat hij daar in zijn positie niets van wist, terwijl ik als oppositielid op straat daar al wel over hoorde? Dat was bijzonder jammer.”

Frank: “Ik denk dat je toch wel wat vaker met ons personeel moet praten, Tine. Je gaat gratuit tewerk als je beschuldigingen uit aan de algemeen directeur. We staan met het bestuur dicht bij onze diensten. We hebben goede voelsprieten. Als er zich problemen aandienen, proberen we die te ontmijnen.”

โžฝ En vinden jullie een fusie nodig?

Tine: “Het zal de Vlaamse overheid zijn die ons als gemeente daarnaartoe zal moeten leiden. Minister Somers wou indertijd van 300 naar 100 gemeenten overstappen met fusies. Nu zijn ze nog altijd niet verplicht. Zolang de gemeente de verwachtingen die de burgers in haar stellen kan waarmaken, heeft ze voor ons bestuurskracht, en kan ze verder.”

Frank: “Ik verbaasde me er wel over dat Visie in de Stemtest een pro-fusie-standpunt innam. Wij zijn daar alleszins radicaal tegen. Als we 20 jaar terug een fusie hadden gekend, hadden we hier nooit in een gemeenschapscentrum gezeten, hadden we geen sporthal, of waren er geen investeringen geweest in de Kolonie.”

Leen: “We hadden het daarstraks over Turnhout als centrumstad. Turnhout gaat op die manier ook met veel diensten lopen zoals een CAW of een Overkophuis, diensten die we hier op het platteland moeten missen. Daarom hebben we een samenwerkingsverband opgezet met andere gemeenten om daar een tegengewicht voor te kunnen bieden.”

Frank: “Turnhout krijgt extra middelen uit het centrumstedenfonds, wij uit de pot voor de plattelandsgemeenten. Weet je dat de jaarlijkse indexering van het centrumstedenfonds groter is dan de totale pot van het plattelandsfonds?”

“Turnhout zal ook niet naar ons kijken als ze willen fuseren, maar wel naar hun stadsregio met Beerse, Oud-Turnhout en Vosselaar, en ook met Kasterlee en Lille die zich recent aandienden. Wij hebben ook niet het DNA van een stad. Rijkevorsel en Hoogstraten sluiten dichter bij ons DNA aan.”

8. Leven in het dorp

โžฝ Wat gaan jullie doen om de jeugd beter te helpen?

Tine: “Wij vinden het belangrijk om naar hen te luisteren. Het jeugdhuis is gelegen op een mooie locatie, met een mooie tuin. Dat moet dringend energievriendelijk gemaakt worden. Spelewei is ook mooi gelegen, maar er is ook opknapwerk nodig, bijvoorbeeld aan de toiletten en de keuken. In ons dorp is er een mooie infrastructuur aanwezig. We denken dat het voor de jeugd best goed is om hier te leven.”

Leen: “Ze hebben inderdaad hier een schitterende infrastructuur, al dringt zich een renovatie op. Daarvoor zullen we met het jeugdhuis plannen opmaken. Voor Spelewei plannen we binnenkort een energiescan om na te gaan of er nog aan gepimpt moet worden. De georganiseerde jeugd draait hier voor 100%, en op een inzet van 120%.

โžฝ En wat gebeurt er voor de ongeorganiseerde jeugd?

Leen: “De voorbije jaren gingen we vaak aan de slag met signalen van onderuit, en dat zullen we zo blijven doen. Er waren bijvoorbeeld jongeren die graffiti wilden spuiten, en daar hebben we een muur voor voorzien. Of rond vissen, waarrond er plots veel interesse was. Bij Carons Hofke hebben we het visreglement daarom aangepast, en met veel succes. Of de studieruimtes die we maakten…”

Tine: “Misschien blijft er wat te weinig aandacht voor jongeren met een beperking.”

Leen: “In De Spetter vangen we buiten schooltijd toch zo’n dertig kinderen met een beperking op.”

Tine: “Voor kinderen tot twaalf, inderdaad.”

โžฝ Ik wou het ook nog even hebben over de Kolonie. Vlaanderen, de provincie en de gemeente staken daar heel wat geld in. Nochtans blijkt heel de zone uitbesteed aan privรฉ-initiatieven. Moet het publiek belang daar niet meer gaan primeren?

Kris: “Als het aan ons ligt, zouden we meer inzetten op belevingsactiviteiten. Workshops voor kinderen bijvoorbeeld, of ruimte voor micro-ondernemingen die er hun producten kunnen voorstellen.”

Tine: “We vinden het ook belangrijk dat de geschiedenis van de site niet uit het oog verloren wordt. Daarom pleiten we voor een sociale invulling. We denken bijv. aan een fietspunt waar fietsen gehuurd of hersteld worden, in samenwerking met een maatwerkbedrijf. Of aan het opzetten van de organisatie, de uitleen en de reiniging van herbruikbare bekers…”

Frank: “In pakweg 2000 hebben we een studie laten uitvoeren over de regio. Het potentieel van de Kolonie bleek toen te liggen in een recreatieve herbestemming. Die conclusie was voor de Vlaamse overheid bindend. We hebben die richting gevolgd. Ik wil toch ook wel benadrukken dat Colonie 7 voor de zaal en voor het hotel beroep doen op mensen die tot die doelgroep die jullie voor ogen hebben, behoren. Het domein wordt bijvoorbeeld ook onderhouden door Natuurwerk. En financieel proberen we zo weinig mogelijk uit onze eigen middelen te putten, maar rekenen we op de huurinkomsten en de inkomsten van de landbouwgrond.”

“Twintig jaar terug was de Kolonie een van de meest verwaarloosde sites, en zie waar we nu staan. En het belevingsaspect komt straks voluit tot zijn recht in het nieuwe Gevangenismuseum.”

Tine: “Ik vermoed dat er hier in het publiek weinig mensen zitten die de zaal ooit voor een feestje zullen kunnen huren. Vroeger waren daarvoor speciale prijzen mogelijk, maar nu is dat niet langer betaalbaar.”

Frank: “Toen wij als gemeente de kapel verhuurden, was er inderdaad een lagere huurprijs. Maar we verhuurden toen eigen een naakte kapel. Ik kreeg nadien soms de facturen onder ogen voor catering en techniek, en dat maakte alles veel duurder.”

In de volgende aflevering behandelen we de vragen uit de zaal.

Reageer

Back to top button