Boswerken in de Kolonie
Natuur en Bos beschermt en ontwikkelt voor de Vlaamse overheid ruim 90.000 hectare aan natuurgebieden, bossen en parken in Vlaanderen. Daaronder valt ook de Kolonie. Natuur en Bos voert er dezer dagen werken uit om het bos gevarieerder en biodiverser te maken. Zo is het ook beter bestand tegen de klimaatverandering.
De werken kaderen in het beheerplan dat voor de kolonie is opgemaakt. Zo wordt er nu in totaal zo’n 760 mยณ hout gekapt, verspreid over een oppervlakte van ongeveer 13 hectare. Hoe Natuur en Bos het aanpakt? Dat vertelt boswachter Bart:
Naaldbos wordt gemengde bossen
Het gaat om dit gebied in het noorden van de kolonie (klik op de afbeelding om ze te vergroten).
De bossen waarin gewerkt wordt bestaan deels uit vrij monotoon naaldhout. Het is de bedoeling om daarvan een meer gevarieerd bos te maken.
Door dennen te kappen, komt er meer licht in het bos zodat inheemse loofbomen de kans krijgen om te kiemen. Natuur en Bos werkt er ook met toekomstbomen: het merkte in het bos jonge en oudere bomen met een goede houtkwaliteit met een blauwe verfring. Die toekomstbomen worden selectief vrij gekapt en kregen een eerste snoeibeurt. Daarmee wil men op lange termijn kwaliteitsvol stamhout produceren.
Tegelijk verwijdert Natuur en Bos ook (invasieve) exoten om inheemse boom- en struiksoorten te bevoordelen.
Meer dood hout
Op verschillende plekken zorgt Natuur en Bos ook voor meer dood hout in het bos. Dat vormt een belangrijke voedingsbodem voor tal van diersoorten en zwammen. Zo zorgen we voor een biodiverser bos. Dode en afstervende bomen kunnen blijven staan of liggen.
In een gebied van zo’n 7.500 mยฒ staan er nog weymouthdennen (rood aangeduid op het detailplannetje). Dat is een exotische soort. Alle bomen zijn in een zeer slechte gezondheid. Die worden gekapt.
Er is nog een leefgebied aanwezig voor enkele zeldzamere diersoorten zoals het bont dikkopje (een dagvlinder) en de levendbarende hagedis. Door het aanleggen van die open plek in het bos wil Natuur en Bos deze soorten meer kansen geven.
In 2025 zal daar het resterende takhout afgevoerd worden en de strooisellaag verwijderd. Zo kan er een structuurrijke, voedselarme vegetatie komen waarin deze diersoorten zich thuis voelen.
Er komen ruimingspistes
De boswerkzaamheden zullen deels gebeuren vanaf ruimingspistes. Die liggen op 30-40 meter van elkaar. De grenzen ervan zijn aangeduid met horizontale witte lijnen.
Die ruimingspistes zijn gereserveerde stroken in het bos, met een breedte van 3-4 meter, die aansluiten op het boswegennetwerk. Bij het oogsten van het hout rijden machines uitsluitend op die pistes.
Zo wordt de bodemschade (bodemverdichting en sporen) beperkt. De machines rijden zo niet kriskras door het bos. Ook vermindert zo de kans op het beschadigen van (toekomst)bomen.