Nieuws

Hendrik Vos: Dit is Europa

Nee, dé Europadag van 9 mei was al voorbij, maar op uitnodiging van de bib van Merksplas keek Hendrik Vos woensdagavond terug op het ontstaan van de Europese Gemeenschap. Dat bleek een verhaal met vallen en opstaan, dat hij met overgave en veel humor bracht. Maar tegelijk ook met veel warmte en liefde voor wat ons op dit continent allemaal bindt, en voor de manier waarop het allemaal gebeurde.

Ondertussen lijkt de constructie van Europa vanzelfsprekend: we betalen overal met dezelfde munten, en tussen Finland en Italië vind je geen slagbomen meer, en heb je geen gedoe meer met allerhande paperassen. Toch liep alles van in het begin niet van een leien dakje. Na de Tweede Wereldoorlog was Europa een continent met landen die elk op zichzelf wilden bestaan, ‘een verzameling van Noord-Koreaatjes’ naast elkaar, omheind met grenzen die bewaakt werden. Vos verwees naar de botersmokkel aan onze grens met Nederland die tot in de jaren ’60 bleef duren.

Wonder dat het lukte

Achteraf bekeken lijkt de geboorte van Europa inderdaad wel op een wonder. Vos doet het verhaal van Robert Schuman, die geboren was in Luxemburg, maar in Lotharingen, het toenmalig Duits gebied tussen Metz en Nancy woonde. Hij diende zelfs in het Duits leger. Na de Eerste Wereldoorlog werd Lotharingen plots Frankrijk. Mettertijd werd Schuman de Franse minister van Buitenlandse Zaken. Toch bleef hij in die regering een buitenbeentje. Vroom en sober was hij, zegt Vos, en bezeten om Frankrijk en Duitsland aan elkaar te laten klonteren. Hij ontmoet op een dag Jean Monnet, zijn complete tegenpool. Een cognac-handelaar die tussen de twee wereldoorlogen verkast naar Amerika, en daar tijdens de drooglegging in de bankwereld belandt. Vos doet Monnets amoureuze perikelen met Silvia de Bondini uit de doeken om zijn persoon te kaderen.

Robert Schuman (l.) en Jean Monnet (r.). Foto: Europees Parlement

Monnet suggereert Schuman om niet uit te pakken met een te groots project, maar met iets kleins, iets onopvallend, waaruit later iets groters kan ontstaan. Daarom werken ze op twee weken tijd in het grootste geheim de krijtlijnen uit voor de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal. Maar vóór ze daarmee naar buiten willen komen, hebben ze nog eerst de steun nodig van de Franse regering. Schuman kaart dat project na een slopende vergadering bij de varia stuntelig en monotoon aan. En stoemelings zet de Franse regering zich achter zijn agendapunt, zonder de draagwijdte ervan te beseffen. Dat realiseren ze zich pas als Schuman een grote persconferentie geeft, waarop blijkt dat de Duitse bondskanselier Adenauer al meteen toehapte én Amerika zich achter de plannen schaart. Er was geen weg meer terug.

“Het had allemaal anders kunnen lopen,” zegt Vos, “want alles hing met losse draadjes en veel improvisatie aan elkaar.” Soms kantelt het ook anders, en als voorbeeld haalt hij de nog altijd actuele problematiek aan van de oprichting van een Europees leger. In de jaren 50 werd dat project tot in de details uitgewerkt, onderhandeld en goedgekeurd. Alleen moest het nog door alle lidstaten geratificeerd worden. Dat was normaal een formaliteit, maar de Franse Assemblée struikelde er in augustus 1954 over. Decennia later blijven we dat dossier nog altijd meedragen.

Mensenwerk

“De geschiedenis van onze Europese Unie hangt aan elkaar met allerlei kleine anekdotes, toevalligheden, een samenstel van mensen in een bepaalde context”, zegt Vos. Hij doet nog het verhaal over de te verwachten heiligverklaring van Robert Schuman. Die leefde immers voor zijn geloof én om de vrede in Europa te bewerkstelligen. Alleen een mirakel ontbreekt nog. Maar Vos is stellig: dat krijgen de bidprentjes ter ere van Schuman in Metz voor een diepgelovig quasi-seniel publiek wel voor elkaar, en waarschijnlijk nog vóór september dit jaar. Dan is Schuman 60 jaar geleden overleden.

Embed from Getty Images

De conferentie van Messina.
Van links naar rechts : Jan Willem Beyen (Nederland), Gaetano Martino (Italië), Joseph Bech (Luxemburg),
Antoine Pinay (Frankrijk), Walter Hallstein (West-Duitsland) en Paul-Henri Spaak (België). 

Maar dat mensenwerk was ook de basis voor de oprichting van de Europese Gemeenschap. De ministers van de Benelux werkten het plan uit om een economisch continent te maken zonder grenzen, en met één munt. Wim Beyer (NL), Jozef Bech (Lux.) en onze Buitenlandse Zakenminister Paul-Henri Spaak bereidden dat project voor: een knap samenspel van verschillende krachten en overtuigingen.

Foto: Egon Steiner/Bundesarchiv

Op Europees vlak kwam er echter de klad in tussen de jaren 60-70. Dat valt voor een deel te verklaren door de komst van Charles De Gaulle, die de Franse grandeur herinstalleerde en geen macht boven zijn land duldde. “Het was voor Europa wachten op zijn dood. Soms moet je gewoon de dingen uitzweten.” Maar voor één ding moet Europa De Gaulle eeuwig dankbaar zijn, en dat was de verzoening met Duitsland die hij met Konrad Adenauer realiseerde. Daar lag de basis voor de degelijke Frans-Duitse relatie die tot in dezer dagen voortduurt.

“De Gaulle en Adenauer zagen elkaar heel vaak, en maakten de afspraak om elkaar op de hoogte te houden. Het was onvoorstelbaar dat die eeuwenlange aartsvijanden die elk zo’n diverse politieke cultuur hadden zo naar elkaar toegroeiden. Door dat constant overleg begrepen ze elkaar. Als die twee landen op cruciale momenten tot een compromis kunnen komen, sta je voor een grote doorbraak. Dat toont de Europese geschiedenis vaak aan.”

Soms schrijden, soms hollen

Dat masseerwerk hoeft niet altijd op het hoogste niveau te gebeuren. Bij de invoering van de zomertijd lag er een dorp in Luxemburg dwars. Joseph Bech trachtte de burgemeester te overreden, maar dat was tevergeefs. Wat Bech niet rondkreeg, lukte wonderwel de pastoor: die zette wekenlang zijn torenklok telkens vijf minuten vóór, en ongemerkt belandde het dorp in de tijdszone van het land. “Zo gaat het vaak in Europa: je ziet niets gebeuren, je wordt het amper gewaar, maar plots beland je met z’n allen in een nieuwe realiteit. In momenten van crisis kan het echter sneller gaan: denk maar aan het Europees begrotingstoezicht, de samenaankoop van coronavaccins… Voor de asielcrisis bestaat er tot vandaag nog altijd geen Europese oplossing. Waarom er soms wel een doorbraak komt? Dat is dan altijd het resultaat van een samenspel van mensen, van de context, geluk en van stom toeval.

Ortolaan en worst

Zo kon Mitterand Helmut Kohl overhalen om de euro in te voeren, toen die na de val van de Muur West- en Oost-Duitsland wou herenigen tot één groot Duitsland. In die nacht in 1989 vielen alle puzzelstukken in elkaar.”

Toen weidde Vos uit over de culinaire verschillen tussen Mitterand (een liefhebber van ortolaan. Geen idee wat voor vogeltje dat is? Lees en bekijk dit artikel) en Helmut Kohl (die te pas en te onpas worst at). En over de fysieke verschillen tussen de twee staatsleiders. Toch zorgen beiden voor een van de meest ontroerende momenten in de Europese geschiedenis op een oorlogsherdenking in Verdun.

“Op de grond waar duizenden Franse en Duitse soldaten begraven liggen, schuift Mitterand onmerkbaar dichter tegen Kohl aan, en tikt hem tegen de hand. Daar staan ze dan plots, hand in hand, los van heel het protocol. Ze hebben elkaar nadien nooit meer losgelaten.”

Wat doet Europa voor ons?

“Mensen verwachten altijd krachtige antwoorden van Europa, en die komen er niet altijd. Soms wensen ze zich een sterke, inspirerende leider in plaats van al dat geploeter. Maar dan moet die wel ‘van ons gedacht zijn’. We moeten ons realiseren dat we een heel uiteenlopend, verschillend continent zijn. Verschillend in gewoontes, mensen, gebruiken… en daar schuilt ook de schoonheid ervan. Die eigen invalshoek zorgt vaak voor veel geruzie. Vroeger werd dat beslecht op het slagveld met zwaarden, kanonnen of yperiet.”

“Europa omarmt die diversiteit. Het respect voor de menselijke waardigheid zit ingebakken in de Europese Grondwet. Iedereen wordt er ook fair behandeld door het gerecht; de rechtsstaat wordt door Europa gekoesterd. Natuurlijk gaan we blijvend meningsverschillen hebben in Europa. We gaan blijven ruziën. Maar dat doen we rond de tafel. In Brussel en in Straatsburg staan er daarvoor honderden tafels. Samen beslissen, kost tijd. Dat kost compromissen; Europa is een compromissenfabriek. Het is allemaal ploeterwerk, maar dat is een gevolg die we maakten na de Tweede Wereldoorlog. In China maakten ze een andere keuze, en daar kan alles sneller. Ook in het Rusland van Poetin kan alles sneller vooruit. Maar daar krijgen mensen die anders denken gif in hun lijf, of als ze luidop een andere mening hebben vallen ze uit een raam.”

“Wat we met Europa hebben, is misschien een teken van beschaving, iets om trots op te zijn of te koesteren. Wat de toekomst brengt, weet ik niet, maar de uitdagingen waar we voor staan, kan je niet land per land oplossen. Ik denk aan het klimaat, de energieproblematiek, de begroting, het terrorisme… Tot nu toe losten we dat op door een samenspel van mensen, een specifieke context en vaak ook met stom toeval. Dat is een hoopvolle gedachte. Er ligt een pad, en we kunnen best wat kanten uit. De verantwoordelijkheid ligt bij ons, om de mensen te kiezen die dat voor ons gaan doen.”

Dit is Europa

Hendrik Vos schreef in ’21 Dit is Europa. Het vertelt hoe de Europese grondwet in een braadkip belandde, wat een opblaaspop met de vrije markt te maken heeft en hoe koeien in de vergaderzaal op de vierde verdieping verzeilden. Het is het verhaal van ministers die cello speelden, porto met cola dronken of op gebreide pantoffels door de gangen rondslopen. Het traject van de Europese eenmaking was een grillige lijn vol onverwachte kronkels. In dit boek schreef Hendrik Vos de geschiedenis van Europa die iedereen wil lezen.

Je vindt het ook in de bib. Check even of het nu aanwezig is. Anders kan je het daar ook altijd reserveren.

Is Europa een geldverslindende machine?

Dat is een van de vragen die Hendrik Vos voor de Universiteit van Vlaanderen behandelde. Er waren er ook nog twee andere. Een voorproefje:

Reageer

Back to top button