Mezen verorberen rupsen
De eikenprocessierupsen waren de voorbije jaren in de regio een echte plaag. Ook in Merksplas. In het LIFE-project werden de natuurlijke vijanden van de rups ingezet om ze te bestrijden.
Enkele Belgische en Nederlandse provincies dienden enkele jaren terug een LIFE-project (Europese subsidie voor natuurbehoud en milieubescherming) in. Daarbij wilden ze niet langer chemische bestrijdingsmiddelen gebruiken, maar wel drie natuurlijke beheerstechnieken. Die zouden ze dan uittesten en wetenschappelijk opvolgen:
- mezen aantrekken als natuurlijke vijand.
- sluipwespen en โvliegen aantrekken door aangepast bermbeheer.
- de grote poppenrover herintroduceren, een (uitgestorven) inheemse kever die zich voedt met poppen en rupsen.
Eerste resultaten
Jan De Haes, gedeputeerde voor Milieu en Natuur bij provincie Antwerpen: โHet beheer van de jeukende eikenprocessierups is voor gemeenten een arbeidsintensieve en dure aangelegenheid. Sommige gemeenten besteedden meer dan โฌ70.000 per seizoen om ze preventief te bestrijden. Bovendien worden daarbij biociden gebruikt, die ook andere insecten doden en is het niet de bedoeling om de inheemse rups uit te roeien. Een duurzame, ecologische en betaalbare oplossing dringt zich op.โ
In Wortel-Kolonie, Merksplas en Retie werden zo 90 nestkasten opgehangen. De gemeente zorgde ook voor het ophangen van meer dan 100 mezenkastjes op plaatsen waar jaarlijks hinder is. De pimpelmees eet jonge rupsenlarven, terwijl koolmezen eikenprocessierupsen eten in alle stadia (larven, poppen en vlinders). De mezen pellen de harige rupsen en verdelen ze over hun 8 ร 14 kuikens. In 2 weken tijd kan een mezenjong ongeveer 800 rupsen eten!
Ook werden er verschillende bermen ingezaaid om sluipwespen en -vliegen aan te trekken.
Mezen bewijzen hun nut
Ann Milbau, coรถrdinator van het LIFE-project, licht de eerste resultaten toe: โBinnen het project trekken we mezen, kevers en sluipwespen en โvliegen aan als natuurlijke vijanden van de eikenprocessierups. De eerste resultaten van de mezenproef zijn alvast veelbelovend: in 68% van de nestkasten die in de herfst van 2020 werden opgehangen vonden we nestmateriaal, in 46% ervan vonden we ook eieren en/of jongen. Een snelle berekening van het aantal mezenjongen die we telden en het gemiddeld aantal insecten dat ze eten, leert ons dat de jongen alleen in de provincie Antwerpen al zoโn 450.000 rupsen en insecten verorberden in het kader van het project.
We vermoeden dat de mees een efficiรซnte natuurlijke bestrijder is, maar die eerste conclusies willen we de komende jaren verder bevestigd zien.โ
Sluipwespen en -vliegen
“We zaaiden ook verschillende bermen in met zadenmengsels om sluipwespen en โvliegen aan te trekken. Per proeflocatie haalden we drie rupsennesten uit de bomen. Die verzameling van meer dan 150 nesten ligt nu veilig in een labo en controleren we regelmatig op uitvliegende motten en parasieten. Zo leren we welke parasieten er in de nesten wonen en welk type bermbeheer het grootste aantal parasieten aantrekt. Voor de rupsennesten die we in de provincie verzamelden, vonden we een voorlopige parasiteringsgraad van maar liefst 70%.”
Poppenrover wordt binnenkort gekweekt
Voor de laatste proef zullen we de grote poppenrover herintroduceren in onze streken. Die Europese loopkever is in Belgiรซ sterk bedreigd en in Nederland uitgestorven. Enkele projectmedewerkers volgen hiervoor in maart een opleiding in het buitenland om de kevers te leren kweken. Nadien kweken we de kevers hier verder op in drie speciaal opgezette kweekstations en kunnen we ze uitzetten.”