Oud-ijzerslag 2021
Op zaterdag 4 september haalde Fanfare Sint-Willebrordus maar liefst 21.049,50kg oude metalen op in Merksplas. Het grootste aandeel ging naar ijzer met 17.160 kg. Daarnaast werd nog 3.889,50 kg aan andere metalen opgehaald, zoals inox, lood en aluminium.
Merksplas ijzervrij
Het eerste weekend van september, we zijn er weer. We gaan Merksplas ijzervrij maken. De voorbereidingen van het ijzersterk team zijn achter de rug en nu is het aan ons. We zullen er eens stevig tegen aan gaan met de hele bende.
Ik draai de terreinen aan de Industrieweg op en zie daar al drie hoge en een lage container klaarstaan, smachtend om gevuld te worden. Enkelingen zijn al druk in de weer. Ik ga tussen de menigte staan. Al die helpende handen; dit moet goed komen, bedenk ik. Aanhangwagens staan startensklaar, veiligheidshesjes worden aangetrokken, de veters gestrikt. De handschoenen schuiven tot over de pols en ik adem drie keer goed in en uit en denk bij mezelf: let the beast go.
Briefing en actie!
Maar helaas: we worden bij de teugels gevat en moeten eerst een briefing volgen. We worden de les gespeld door een ijzersterk teamlid die ons de levieten voorleest. De spelregels worden duidelijk. Dit wordt geen gewone activiteit, dit is menens. Dit is voor echt!
En plots wordt de actieknop ingedrukt. Ik zie verschillende groepjes met papieren naar auto’s lopen. Ze scharen nog snel een tonnetje mee en zwieren het op de kar. De motoren beginnen te brullen en de rem wordt gelost. Verschoten van die snelle handelingen sta ik wat bedeesd te staren. De verkenning was gedaan. Ze wisten blijkbaar direct wat ze moesten zoeken en waren als de weerlicht vertrokken.
Op het kampterrein
Ik voeg me bij een groepje dat op het kampterrein gebleven was. Ik gooi een blik in de container en zie dat deze toch al voor de helft gevuld is en gooi er nog een blik bij. De verkenners hadden gisteren al het een en ander kunnen bemachtigen.
De gereedschappen worden verdeeld. Ieder met zijn wapen in de hand gaat het oud ijzer te lijf. Wie zou er plooien?
Gensters vliegen in het rond, de slijpmolen doet zijn werk. Er wordt gehamerd, gevezen, getrokken, gesleuteld,… En ja hoor, we trekken aan het langste eind. Ik voel me plots beresterk en trek een spatbord van een fiets en werp deze trofee netjes in de plastiekbak. De velo wordt ontdaan van zijn spaken en de overgebleven aluminium cirkel wordt apart bewaard. Na enkele minuten kon ik dat onnozel stuk ‘oudijzer’ in een wurggreep nemen. Ik trok hem tot bij de container waar ik hem met een krachtige worp boven op de rest gooide. Heerlijk!
Het plakijzer
Ondertussen kwamen de eerste remorken al terug. Bomvolle wagens, allemaal voor ons, wat een lekkernijen. Wat zou er daarmee gebeuren? En plak, en nog eens plak, en plak, plak, plak!
Met ons speciaal ontwikkeld plakijzer konden we de echte van de valse onderscheiden. Al wat bleef plakken, werd onmiddellijk de container ingestuwd. De rest moest eerst nog onderzocht worden. Dit bleef zich maar herhalen.
En toen… een vreemd geluid. Het begon met wat gerommel en een lichte kreun. Ik begon me wat slapjes te voelen en de kracht verdween. Wat was er toch met mij aan de hand? Zou ik hier nu het loodje moeten leggen? Een ijzersterk teamlid kwam me ter hulp en zei: “Etenstijd, jongen!”
Bij de refter werd ik bediend door enkele charmante dames en een ietwat kleinere heer. Hij toverde voor mij een heerlijke soep, die alleen door de geur al, mij terug zin in het leven gaf. Overheerlijk. Het werd gevolgd door een soort brij van kip en balletjes. Al de krachten kwamen terug, ik was verrezen. Nu ik toch terug bij de mijne was, bedacht ik me: zouden ze hier ook rijstpap hebben?
Overwinning nabij
We werden terug naar het basiskamp gebracht waar enkele manschappen rond een grote kaart vertoefden. Hier moest ik toch even mijn oor te luisteren leggen. Het bleek al snel dat we de overwinning voor het grijpen hadden. Er waren nog een paar weggetjes niet ingekleurd, maar dit zou geen probleem mogen geven. Daarna konden de controles gebeuren en zou Merksplas ijzervrij moeten zijn.
Op het kampterrein zelf was er nu nog een heleboel te onderzoeken. Men demonteerde dingen, plooide voorwerpen samen en af en toe werd er hulp ingeroepen van een ijzersterk teamlid. Streng maar rechtvaardig werd er een oordeel geveld. Dan weer hoorde ik ‘zink’ of ‘lood’. Een ander zei ‘kabel’, ‘sloop’, ‘ne rooie of ne gele koper’. Iedereen kreeg zijn eigen plaats.
Een mooie buit
En toen de zon al zakkend tevoorschijn kwam, hoorde we lachende krijgers en beseften we: “We did it!” Enkele houten stelen werden vastgepakt en al kerend werd alles opgekuist. Alle vier de containers proppensvol, een kipkar vol aluminium en wat containers restafval. De buit mocht er zijn.
Voldaan overschouwde ik het terrein. Deze krachttoer mocht er wezen. Al zeven keer is het ons gelukt, mensen. Wat een heerlijke bende om dit te verwezenlijken. Dank u en proficiat aan allen!